
GvdV
Twee jongens van een jaar of zeventien hangen op straat, wanneer een derde op een Vespa scooter komt aanrijden.
“Yo Wally, yo Dave, alles koest,” vraagt de jongen op de scooter en geeft de anderen een boks.
Na de boks geven ze zichzelf een klopje op hun eigen borst .
“Ja, rustig, man, Rich, met jou ook?”
“Ja, man, koest.”
“Hoe kom je aan die sicke Stony jacka dan?”
“Geript.”
“Noh, man, waar heb je die genakt?”
“P.C.”
“Moet jij niet naar scorro?”
“Fuck die shit, I am out.”
Op dat moment komt een mat zwarte Mercedes G-klasse de Gerrit van de Veenstraat in Amsterdam Zuid binnenrijden.
“Check die waggah, pik,” zegt Dave tegen de anderen.
De auto stopt bij de drie jongens, het geblindeerde raam gaat naar beneden, waarop Richy zijn scooter start.
“Hi Ewald, hi David, kan ik Richard voor een momentje lenen? Schat, ik zag op Magister dat je blokuur bio uitviel, dus ik dacht: Laten we nog even die leuke polo bij Stone Island scoren. Die past zo goed bij je nieuwe jas. Kom je?”
