Vissen in een vijver zonder vissen

Vissen in een vijver zonder vissen

Een ietwat gezette vrouw in donkerblauwe jumpsuit. Ik hoop nog dat ze voor iemand anders komt, maar de omhelzing bevestigt dat ze vanavond bij mij hoort. Ik ga haar voor naar één van de tafeltjes in de kleine wijnbar en neem plaats.

‘Ik kan wel een wijntje gebruiken,’ denk ik.

Ze vraagt geïnteresseerd naar mijn columns, werk en recentelijk aangeschafte huis. Enigszins verveeld vertel ik haar het voor mij bekende riedeltje, terwijl ik een aantal keer de ober aanhoud om mij bij te schenken. Na het vierde glas is het haar beurt om wat te vertellen.

‘Ik heb een cursus column schrijven gevolgd,’ begint ze.

Plichtsgetrouw stel ik haar de wedervraag: ‘Interessant, doe je er nog wat mee?’

‘Nee.’

‘Oké.’

‘Maar ik heb ook een Spaans cursus gedaan,’ zegt ze snel – wellicht door de teleurstelling op mijn gezicht.

‘Oh, wil je in Spanje wonen of een lange reis maken?’

‘Nee.’

‘Oh, oké.’

‘Ik heb me net ingeschreven voor een MBTI-cursus,’ brengt ze hoopvol uit.

Misschien dat ze deze voorzet wel kan vervolgen met een verhaal in plaats van een kortstondige ‘nee’, maar als er iets is waar ik het liever niet over heb op mijn vrije zaterdagavond is het deze pseudo-wetenschappelijke classificatie van persoonlijkheden. Ik bestel maar nog een wijntje.

‘Ken je Peter van der Burg? Die woonde ook in Delft.’

Het-grote-ken-je-die-spel, mijn favoriet. Ik ken Peter, maar zeg haar van niet, aangezien ik Peter een ongelovelijke drol vind. Ze verontschuldigt zich en gaat naar de plee.

‘Zal ik snel afrekenen,’ vraag ik mezelf af, maar voor ik er erg in heb is ze terug.

‘Gezellig hè?’

Na de doodlopende voorzetten, de ken-je-die-vraag, zijn we nu dan eindelijk beland bij het benoemen van de gezelligheid, wat op mij exact dezelfde uitwerking heeft als wanneer de Tweede Wereldoorlog in de discussie wordt aangedragen. Misschien nog wel erger dan een stilzwijgend stel.

Toch antwoord ik: ‘Ja, erg gezellig.’

Plaats een reactie