King of jetlags
“Willem?”
“Mark, wat is er nou? Je weet dat we op vakantie zijn.”
“Excuus, Majesteit.”
“Ja, ja, wacht even.”
Hij trekt het dekbed omhoog, duwt het hoofd van zijn vrouw opzij, slaat zijn ochtendjas om en schuift zijn voeten in zwart leren Gucci loafers.
“Wat is er,” vraagt zijn vrouw.
“Het is Mark.”
“En dat is belangrijker dan dit?”
“Sorry.”
“Sorry, knorrie, zou je bedoelen, je doet het volgende keer maar lekker zelf, Willem.”
Ze stormt richting de badkamer en slaat de deur onnodig hard dicht.
“Godver, wat is er in vredesnaam Mark?”
“Je moet terugkomen.”
“Ben je helemaal betoeterd? Ik ben hier net.”
“Je vakantie is een beetje in verkeerde aard gevallen.”
“Je bent zelf verkeerd geaard, Mark, je regelt het maar!”
“Ik ben bang dat me dat niet gaat lukken.”
“Mimimimimimimi, Mark, ik heb hier vier vrouwen te pleasen.”
“Dat begrijp ik.”
“Dat begrijp jij niet, virgin.”
Hij bescheurde zich om zijn eigen grap.
“Majesteit, denk aan het draagvlak voor uw inkomen.”
“Oké, oké, oké, Calvinistische krent. Kom je één keer niet koekhappen in Stadskanaal op je verjaardag, krijg je meteen dit soort gezeik. Schrijf jij iets over betrokkenheid ofzo, Mark?”
“Vanzelfsprekend, Majesteit.”
“En dan nog iets, Amalia weet van ons geheimpje.”
“Kan je haar niet paaien met een aantal dagen extra, met Alexia ofzo?”
“Goed idee, Mark, spreek je later, tijger! Wrauhw!”
